Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], De [12]nagelen des tabernakels, en de pennen des voorhofs, met derzelver [13]zelen; 12. Hiermede maakten zij de onderste einden van het deksel of behangsel vast in de aarde, opdat de wind het niet bewegen of verwaaien zou. 13. Deze zelen dienden om de voorhangsels of deksels des tabernakels te binden en vast te maken.